
Citaat: ‘A computer is a simple mind having a will but capable of only two ideas’. Ook dat is een goede definitie van een computer. Hoezo, kunstmatige intelligentie? De Engelsen hebben een gezegde: ‘What goes up must come down’. Een beetje parafraserend zou je kunnen stellen t.a.v computers: er komt alleen uit wat je er in gestopt hebt. Of, een computer werkt met de software/gegevens die de mens invoert. Wat een simplisme.
Computers zijn dus niet net als mensen, ze kunnen veel. Maar hebben ook zo hun beperkingen. Ze kunnen niet ‘denken’, denk ik. Ze kunnen kunst maken, maar zijn niet creatief. Ook apen en olifanten kunnen kunst maken, leest u maar eens “Philosophy made simple” van Robert Hellenga. Een filosofisch boek (roman) waarin een olifant schilderijen maakt.
Het gaat om computers en mensen. Er worden altijd vergelijkingen gemaakt tussen deze twee. En het gaat dan met name om de plaats die computers (gaan) innemen. De mensheid die denkt een unieke soort te zijn, die unieke positie wordt meer en meer ondergraven, lees Dawkins (biologisch), lees Swaab (biologisch). Op een ander vlak gaan nu ook nog eens computers die positie ondermijnen. Maar: ‘It is hard to see how computers could emerge as creative and imaginative entities in the near future’. Of is de wens hier de vader van de gedachte? Afijn, u vormt uw eigen mening maar, het gaat mij een beetje boven mijn pet.