De wereld, mijn wereld, was nog piepjong en grote mensen waren nog onbegrijpelijke wezens waar je niet altijd hoogte van kreeg. Ik reikte hooguit tot aan hun heupen en kon nog niet lezen ... Ik heb het over die tijd: de voorleestijd ...
Van mijn eerste boeken herinner ik me vooral de sprookjes van Grimm in een toen al stokoude uitgave. Het vuistdikke boek was uitgevoerd op stevig papier en kapot gelezen. De omslag is mij onbekend: ben de jongste telg uit een groot gezin waar boeken nog echt stuk gelezen werden maar niet weggegooid.
Afbeeldingen van dwergen, tovenaars en heksen in dit boek staan nog altijd in mijn geheugen gegrift, ze waren ronduit beangstigend. De illustrator beschikte over een ongezond talent voor het leggen van pure krankzinnige uitdrukkingen in gezichten, vooral in ogen.
Die gelaatsuitdrukkingen herkende ik, pal naast één van de grootste psychiatrische inrichtingen in Nederland opgroeiend, zonder enige moeite.
Ik besloop daarom (letterlijk) het boek met enige regelmaat en sloeg het open om de engste plaatjes op te zoeken. Vervolgens klapte ik het snel weer dicht: alles weer weg. Dit is het zelfstandig leren reguleren van angsten.
Daarom ben ik sinds mijn vroegste jeugd een warme voorstander van bloedstollende jeugdliteratuur ...
Met onpedagogische groet ...
Subscribe to:
Post Comments (Atom)
No comments:
Post a Comment