Hoe geef je
anno 2012 vorm aan onze gemeenschappelijke vaderlandse geschiedenis? Deze vraag werd begin dit jaar in de Volkskrant gesteld.
Als het
klopt dat we iets kunnen leren van de geschiedenis zou ik zeggen: doe maar geen
nationaal museum.
Laten we
beginnen met de vaststelling dat je niet moet uitgaan van slechts één vorm maar
van meerdere vormen. Want zoveel mensen, zoveel zinnen en dus zoveel vormen.
Die kun je vervolgens combineren: dus (audio)visueel, voorwerpen, geuren en
kleuren, op echte plaatsen maar ook via internet. Zo doe je dat tegenwoordig.
Het verhaal
van Nederland is onder andere ligging: het verhaal van een rivierdelta. Ons
verhaal begint dus op een parkeerplaats ergens in die delta.
Je parkeert
en wandelt richting de schoorsteen van een oude steenfabriek. Die schoorsteen
is zodanig beschilderd dat je perfect de geologische structuur van ons land
kunt aflezen. Aan de voet zie de oudste geologische periode aan de top de
jongste. Dat zie je zowel aan de buitenkant (tevens klimwand) als aan de
binnenzijde van de toren. Klimmend of met een lift reis je door de geologische
tijd. Bovenaan wordt je beloont met een hallucinerend uitzicht over water en
uiterwaarden. Verlaten steenfabrieken plegen immers in de buurt van rivieren te liggen! Je kunt terug met de lift
of abseilen: voor elc wat wils.
Via een
andere route loop je terug naar je vervoermiddel: dit is een 'tijdlijn'
wandeling waarin je ervaart hoelang de prehistorie duurde en hoe kort onze
geschiedenis. Bordjes ondersteunen je gevoel van tijd, bezoekers krijgen
tablets mee waarbij stem en beeld je door de (pre)historie voeren.
Mocht hier
wegens overweldigend succes een horeca gelegenheid verrijzen dan lijkt mij dat
daar historische maaltijden en hapjes geserveerd dienen te worden (daartoe
reken ik zeker poffertjes en pannenkoeken) Een speeltuintje voor kinderen lijkt
mij prima maar uitsluitend met historisch speeltuig. Uiteraard bevindt deze
uitspanning zich in de steenfabriek.