Niet het boek of de
opera maar binnenkort komt er een boekje uit over bijnamen van vroeger te Elst
(‘Wie zei je ok us wer?’ Wes Leurs)
Meteen schoot mij 'de neus' te binnen. Ik ben geen kleinzoon van Holleeder maar
ook mijn opa werd 'de neus' genoemd.
Er was ooit
een tijd dat vrijwel iedereen een bijnaam had, niet als scheldnaam, voordat
Napoleon achternamen verplicht stelde was het pure noodzaak. In veel gevallen
werden die bijnamen directe voorlopers van de huidige achternamen. In dorpjes
met veel 'echte Jannen' heette de ene Jan al snel (de) Bakker of (de) Visser
vanwege het beroep van de betreffende Jan. De naam Varkensvisser stelde mij als
kind in dit opzicht voor raadsels: het vissen naar varkens leek mij een
nutteloze bezigheid.
Het gebruik
van beroepsaanduidingen in achternamen gaan niet voorbij de Napoleontische
tijd, daarom heet niemand Willem Etaleur of Piet Filiaalchef, die beroepen zijn
te 'modern'. Behalve beroepsaanduidingen zijn ook veel plaatsaanduidingen in
omloop: Van Heemskerk, Van Oosten, Van Dijk, Van der Wel (wel = bron)
Tot ver in
de 20ste eeuw bleven bijnamen algemeen gebruik. Een restant daarvan bestaat nog
op schoolpleinen, bij sportverenigingen en in criminele kringen. Mijn opa 'de
neus' had in tegenstelling tot Holleeder geen opvallende gok maar dankte die
bijnaam aan zijn reputatie: hij was tussenhandelaar in groenten en had een
goede neus voor het opkopen van kwalitatief goeie partijen groente voor lage
prijzen. Hij droeg zijn bijnaam met ere, niet thuis maar uitsluitend op de
veiling.
B.Logger
No comments:
Post a Comment