Uit het voorwoord in deze uitgave spreekt Natalie Curtis haar bezorgdheid uit over de kennis bij de blanke Amerikaanse bevolking van de cultuur en gedachten bij hun afro-amerikaanse landgenoten. Er werd in die tijd (en tegenwoordig nog steeds, maar in veel mindere mate) alleen naar de buitenkant gekeken van deze mensen, mevrouw Curtis wil ook de ziel van de van oorsprong Afrikaanse landgenoten kennen. Het voorwoord doet dan ook heel modern aan in benadering van de Afrikaanse achtergronden.
In dit boek is naast de uitleg van het gebruik van muziekinstrumenten, uitspraak van de taal en vertalingen van de teksten, veel aandacht besteed aan de achtergronden van de liederen. Deze liederen komen uit het huidige Mozambique en Zuid-Afrika. Om de liederen op te kunnen schrijven heeft ze uit beide bevolkingsgroepen (NDau en Zulu) een medewerker gevraagd haar te helpen. Dit levert een nog steeds boeiende bundel op over gedachten en muziek van deze twee groepen.
De liederen zijn meerstemmig neergeschreven met begeleiding door handgeklap of plaatselijke muziekinstrumenten zoals de verschillende drums. Uit de voetnoten wordt duidelijk dat de schrijfster alle liederen ook zelf geleerd heeft waardoor ze de melodieën en ritmes ook gemakkelijker kon noteren. Een bijzonder waardevol boek over cultuur en gedachtenwereld van de Zuid-Afrikaanse mens in het begin van de twintigste eeuw.
No comments:
Post a Comment