Kees en Klaas zijn een tweeling, Gerson is hun jongere broertje. Ze groeien op bij hun vader, hun moeder is jaren geleden met de noorderzon vertrokken. Kees en Klaas zijn samen als één, Gerson vindt vooral in zijn hond Daan een beste vriend. De jongens spelen in hun jeugd regelmatig het spel ‘zwart’, wat inhoudt dat ze doen alsof ze blind zijn: ogen stijf dicht en dan op zoek naar een vooraf bepaalde plek.
‘We werden er niet beter in. Wij niet en Gerson niet. Het maakte niet uit hoe vaak we zwart speelden, zelfs niet als we een paar keer na elkaar hetzelfde doel moesten zien te vinden. (…) Telkens wanneer we zwart speelden, begonnen we als het ware opnieuw. Alsof de tijd die we met open ogen doorbrachten het spel verstoorde.’
Geen van hen kon vermoeden dat voor één van hen dit spel in de toekomst waarheid zou worden. Bij een zwaar ongeluk met de auto, waarbij zowel Kees, Klaas en Gerson als hun vader en de hond betrokken zijn, raakt Gerson zwaargewond en verliest hij zijn zicht. Hij zal moeten leren accepteren dat ‘zwart’ nu alles is wat hij zal zien. Maar Gerson wil niet accepteren dat zijn leven voorgoed veranderd is. Erover praten weigert hij en ook nadenken over de toekomst doet hij niet. Zijn broer Kees leest hem voor uit een boek vol bekende dierenverhalen, waarin Gerson zichzelf herkent:
‘De mier wil nog wel eens weggaan, dat vindt hij leuk, weggaan. Maar altijd komt hij terug. Altijd. De boktor is de dokter en haast altijd is de krekel zijn patiënt, terwijl het juist de olifant is die alsmaar uit populieren, beuken en eiken valt. Het is een wereld waarin ik me thuis voel. Meer dan in de echte wereld.’
De licht weemoedige toon van het verhaal maakt dat je als lezer constant het gevoel hebt dat er iets staat te gebeuren, iets ergs. Je voelt het diep van binnen: dit verhaal kan niet goed aflopen, ook al zijn de tekenen ervoor miniem. Dit buikgevoel is de stuwende kracht van het boek, die je uit nieuwsgierigheid dwingt steeds door te lezen, tot je als lezer eindelijk weet waar het gevoel vandaan kwam. En het is te zeggen: de lezer zal niet worden teleurgesteld.
Auteur: Gerbrand Bakker
Taal: Nederlands
Uitgeverij Cossee, 2007
ISBN: 978 90 5936 2857
No comments:
Post a Comment